De gemeente Land van Cuijk streeft naar gezondere, afwisselendere en structuurrijkere bossen. Daarom worden er regelmatig boswerkzaamheden uitgevoerd. Deze week starten zulke werkzaamheden in het Gasselse Bos. Het onderhoud duurt een maand. Dit doen we om dieren en planten te laten floreren en zodat het bos veerkrachtiger wordt. Zo kunnen bezoekers er ook in de toekomst optimaal van genieten.
Wat houdt bosbeheer in?
Om de bossen gezonder te maken moet er een aantal dingen gebeuren. Denk hierbij aan (kleinschalig) kappen van bomen om plaats te maken voor nieuwe soorten, het ringen van bomen en het dunnen van jonge bosopstanden (dit is een herkenbaar gedeelte van het bos, vaak met bomen van dezelfde soort en leeftijd. Het doel hiervan is een goede balans vinden tussen natuur, recreatie en houtproductie. Daarbij maakt beheerder Bosgroep Zuid Nederland zoveel mogelijk gebruik van de natuurlijke processen in het bos. Volgend jaar zullen nieuwe bomen en struiken geplant worden in het Gasselse Bos.
Markering met kleuren
- Verschillende bomen zijn al voorzien van een gekleurde markering op de stam. Dat noemen we ‘blessen’. De kleur of plaats van de markering vertelt wat de bedoeling is: bomen die men moet gaan kappen krijgen een oranje markering op de stam.
- bomen die zijn aangewezen voor het netwerk van Oude, Aftakelende en Dode bomen (OAD) krijgen een blauwe markering. Deze bomen worden nooit meer gekapt vanwege de waarde die dood hout heeft hebben voor de dieren, planten het ecosysteem. Dieren halen er bijvoorbeeld voedsel uit en maken er holen in.
- bomen die we gaan ‘ringen’, krijgen een oranje ‘R’ onderop de stam.
- bomen die op dit moment belangrijk zijn voor in het bos levende beschermde diersoorten, krijgen een groene markering en worden niet gekapt of beschadigd.
Bomen kappen doen we niet zomaar. Over de keuze van de te kappen bomen is goed nagedacht. Hierbij wordt gekeken naar iedere boom en het doel: een gezonder, afwisselender en structuurrijker bos.
Ruimte maken door ‘dunnen’
Een van de werkzaamheden dit najaar is ‘dunnen’. Daarbij worden enkele bomen weggehaald om ruimte te maken voor andere bomen. Als de bomen in een bos te dicht op elkaar komen te staan, gaat dit namelijk ten koste van de groei en de gezondheid van iedere boom. Door te ‘dunnen’ kunnen de beste bomen op een goede manier uitgroeien. Ook vergroot het de structuurverschillen in het bos. Denk hierbij aan verschillen tussen open en dicht bos, jong en oud bos en de aanwezigheid van een kruiden-, struiken- en boomlaag. Deze afwisseling maakt het bos aantrekkelijker voor vele planten- en diersoorten, maar natuurlijk ook voor recreanten die het bos graag bezoeken.
Beheersbaar houden van exoten
Exoten zijn planten en bomen die van oorsprong niet in de Nederlandse natuur aanwezig waren, zoals de Amerikaanse Vogelkers en de Amerikaanse eik. Deze bomen kunnen zich massaal uitbreiden in de lichte omstandigheden die nu in het bos te vinden zijn. Het zorgen voor meer structuur en de aanplant van de ontbrekende soorten, maakt dat er minder licht valt op de bodem. Hierdoor krijgen deze exoten niet de kans om op grote schaal uit te groeien en te verjongen en hoeven ze niet bestreden te worden.
Zorgen voor oude bomen
We wijzen ook bomen aan die nooit meer worden gekapt en dus kunnen uitgroeien tot oude bomen. Deze bomen zullen uiteindelijk op natuurlijke wijze afsterven. Afstervende en dode bomen zijn bijzonder waardevol voor veel planten en dieren, waaronder insecten, paddenstoelen, mossen, korstmossen en vogels zoals spechten.
Het ringen van bomen
Om op korte termijn het aandeel dood hout in de bossen te verhogen, wijzen we ook enkele bomen aan om te ‘ringen’. Hierbij zagen we de bast aan de onderzijde van de stam door zodat de boom afsterft. Op die manier krijgen we ‘staande, dode bomen’ in het bos die versneld waardevol zijn voor de hierboven genoemde soorten. Niet alleen als voedselbron, maar ook als nestgelegenheid. Natuurlijk staat de veiligheid van de bezoekers van het bos staat altijd voorop. Zo worden er nooit bomen geringd die direct langs de paden staan.
Aanplant van ontbrekende soorten
Op plekken waar ruimte komt, zullen we volgend jaar nieuwe bomen en struiken planten van verschillende soorten, zoals linde, haagbeuk, veldesdoorn, hazelaar en boskers. Dit zijn soorten die nu niet of nauwelijks in het bos voorkomen, maar hier wel van nature thuis horen en een belangrijke plaats innemen in de voedingsstoffenhuishouding van bos en bodem. Door juist deze soorten terug te planten, neemt de soortenrijkdom in het bos toe.